maandag 28 oktober 2013

Meer contact helpt tegen vooroordelen en tegen (gewelddadige) conflicten. En over hoe dat komt

Hoe komen we van het bestaan van vooroordelen af? En daarmee van de vaak gewelddadige conflicten die uit vooroordelen voortkomen?

Een in de sociale wetenschappen bekend antwoord op die vragen is dat vooroordelen die verschillende groepen over elkaar hebben, verminderen als de leden van die groepen meer contacten over en weer hebben. Dit heet wel de contacthypothese en die werd door de sociaal psycholoog Gordon Allport in 1954 geïntroduceerd in zijn boek The Nature of Prejudice.

Ananthi Al Ramiah en Miles Hewstone geven nu in Intergroup Contact as a Tool for Reducing, Resolving, and Preventing Intergroup Conflict Evidence, Limitations, and Potential (betaalpoort) een mooi overzicht van al het onderzoek dat is gedaan om te checken of die hypothese klopt. Daarmee bouwen ze voort op de studie A meta-analytic test of intergroup contact theory van Pettigrew en Tropp uit 2006, die de data van ruim 500 studies bij elkaar veegden en analyseerden.

Al dat onderzoek heeft opgeleverd dat het inderdaad klopt dat door meer persoonlijk contact tussen leden van verschillende groepen met negatieve vooroordelen over elkaar, die vooroordelen verminderen. Waardoor naar verwachting ook de kans op gewelddadige conflicten of onderdrukking van minderheden vermindert.

Dit is zonder meer een van die onderzoeksgebieden waarmee de sociale wetenschappen hun grote maatschappelijke belang bewijzen. Wij leven dicht bij huis en wereldwijd in maatschappelijke verhoudingen met groepsgrenzen naar nationaliteit, etniciteit, religie, cultuur en sociaaleconomische status. Daardoor ontwikkelen we gemakkelijk vooroordelen, vooral negatieve, over leden van andere groepen. Die zijn vaak onschuldig. Maar als daar echte of vermeende belangenconflicten bij komen, die ideologisch aangewakkerd worden, dan ontstaan gevaarlijke toestanden.

Na de gruwelen van het Hitler-bewind, met de genocide op Joden, Roma, homo's en gehandicapten, en die van het Stalin-regime hebben we (ik ben van 1943) een poos gedacht dat zoiets voorgoed geschiedenis was, maar die optimistische tijd is al lang voorbij. In Europa hadden we Noord-Ierland en in de jaren 90 de moordpartijen in het voormalige Joegoslavië. En hebben we nu het door de economische crisis en het rampzalige bezuinigingsbeleid oplevende rechts-extremisme. Zie ook nog eens Verontrustend actueel. En buiten Europa hadden we de apartheid in Zuid-Afrika en de Verenigde Staten en de verschrikkingen in China (Mao), in Cambodja (Pol Pot) en de moordpartijen in Congo, Rwanda, Darfur en Sudan. Het gaat ergens over.

Inzicht in de gunstige werking van persoonlijke contacten is dus van groot belang. Enkele zaken die me opvielen bij het lezen van dat artikel van Al Ramiah en Hewstone zijn:
  1. Er zijn aanwijzingen dat persoonlijke contacten met leden van een andere groep ook vooroordelen vermindert over leden van andere groepen waarmee geen persoonlijk contact bestaat. De werking er van is algemener. Kennelijk zijn mensen in staat om uit het niet kloppen van vooroordelen in het ene geval te concluderen dat ze dan misschien wel in het algemeen niet kloppen. Ze worden in het algemeen toleranter, ruimdenkender en realistischer.
  2. Waardoor vermindert dat contact de bestaande vooroordelen? Doordat de angst voor de anderen er door vermindert en doordat empathie toeneemt. Dat moet er mee te maken hebben dat mensen elkaar gewoon beter leren kennen. Er ontstaat iets van die onderlinge vertrouwdheid die in de eigen groep vanzelfsprekend is en die mensen nodig hebben om samen te kunnen leven. Denk aan die Paleo Sociale Omgeving, waarin de mensheid is geëvolueerd. Die sociale omgeving is nog altijd een model voor menselijk samenleven dat we niet straffeloos blijken te kunnen negeren.
  3. Meer persoonlijk contact vermindert niet alleen vooroordelen, maar vergroot ook het vertrouwen, de vergevingsgezindheid en de bereidheid tot verzoening. Dat zijn ook de eigenschappen die kenmerkend zijn voor de Paleo Sociale Omgeving.
  4. Is het alleen het persoonlijke contact dat deze gunstige effecten heeft? Nee, er zijn aanwijzingen dat ook virtueel contact helpt (internet). En ook parasociale contacten, dus het meer leren over andere groepen en culturen door het kijken naar televisieprogramma's. Ook hoef je het contact niet eens zelf te hebben. Als je vrienden hebt met zulke contacten, verminderen ook jouw vooroordelen.
We kunnen dus wel degelijk wat doen om vooroordelen terug te dringen en zo bij te dragen tot een vreedzamere wereld. Er is zonder meer een taak voor de media weggelegd. Alleen is het de vraag of we daar in de regelgeving (publieke omroep!) wel voldoende rekening mee houden.

En ik moest er ineens aan denken dat die vroegere militaire dienstplicht, naast alle nadelen, wel het voordeel had dat je maatjes werd met anderen van verschillende rangen en standen. Wat dat aangaat, hadden we die dienstplicht nu misschien wel goed kunnen gebruiken.

Geen opmerkingen: