dinsdag 31 oktober 2017

Kan het kapitalisme de democratie in stand houden?

De democratische nationale staat leek na de Tweede Wereldoorlog een verworvenheid die niet meer in gevaar zou komen.

Maar wat zich nu in de Verenigde Staten afspeelt, zet je aan het denken. Of zich daar de scheiding der machten, met name die tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht, zal weten te handhaven, zal moeten blijken, misschien binnen een paar dagen.

Maar ook in Europa is het spannend. Zal de eurozone zich in democratische richting ontwikkelen? Zie Sekte-achtig beleid in de eurozone door een democratische tekort. Zal de democratie zich kunnen handhaven in de landen met opkomend rechts-extremisme? Hoe gaat het verder in Hongarije en in Polen?

De grote vraag lijkt te zijn of het economische systeem van het kapitalisme de democratie in stand kan houden. In 2011 noemde Kenneth Rogoff (Is Modern Capitalism Sustainable?) een rijtje van vijf problemen die het kapitalisme zou moeten oplossen om zich te kunnen handhaven: publieke goederen, ongelijkheid, gezondheidszorg, toekomstige generaties en het financiële stelsel. Het leek mij toen dat het handhaven van de democratie daar als zesde probleem aan moest worden toegevoegd: Het zesde probleem dat het kapitalisme moet oplossen: de democratie.

De ontwikkelingen sinds 2011 lijken dat inzicht alleen maar urgenter te hebben gemaakt.

Als we er even van uitgaan dat kapitalisme en democratie uiteindelijk verenigbaar met elkaar zullen blijken te zijn, wat zijn dan de grote gevaren die we het hoofd moeten bieden?

Wat zich aan mij opdringt, is dat het gaat om twee gevaren, die met elkaar samenhangen: dat van de ongelijkheid en dat van de media.

De sterk toegenomen ongelijkheid in de meeste kapitalistische landen heeft een reeks van negatieve gevolgen, die samen een zichzelf versterkend en onomkeerbaar proces in werking lijken te zetten. Waardoor een correctie via democratische weg sterk wordt bemoeilijkt en een opeenvolging van dictatoriale stelsels afgewisseld door revoluties waarschijnlijker wordt. Zie Loopt het kapitalisme op zijn laatste benen? Economische, maar ook sociaalwetenschappelijke inzichten.

Daarmee hangt het tweede probleem samen. Bij extreme ongelijkheid is de kans groot dat de rijke bovenlaag de democratie kaapt door zich meester te maken van de media. Democratie heeft media nodig die in dienst staan van de democratie. Een volk dat niet voldoende en onpartijdig geïnformeerd is, kan niet over zijn eigen lot beslissen. Maar als de media (ook de sociale media!) in de greep zijn van het grote geld, dan is er geen garantie dat aan die voorwaarde is voldaan. Lees nog eens In een democratie kun je de nieuwsvoorziening niet zomaar aan de markt, en dus aan het grote geld, overlaten en Door slechte media hebben we slecht geïnformeerde kiezers die slecht geïnformeerde leiders kiezen.

Hoe zich dat de komende jaren (maanden?, weken?, dagen?) zal ontwikkelen, wie zal het zeggen?

maandag 30 oktober 2017

Over het verband tussen narcisme en rechts-extremisme

Rechts-extremisme en narcisme lijken allebei toe te nemen.

Dat rechts-extremisme toeneemt, is af te lezen aan verkiezingsuitslagen. Even aangenomen dat die niet gemanipuleerd zijn, wat in de Verenigde Staten misschien nog wel zal blijken het geval te zijn geweest. Update. En in het Verenigd Koninkrijk.

Dat narcisme is toegenomen lijkt op grond van sociaalwetenschappelijk onderzoek waarschijnlijk. Zie The Narcississm Epidemic.

Hoe zou het zitten met de samenhang tussen die twee trends?

Dat blijkt ervan af te hangen met welk aspect van rechts-extremisme je te maken hebt. Sympathie hebben voor rechts-extremistische opvattingen en politieke partijen hangt namelijk zowel samen met de Sociale Dominantie Oriëntatie (SDO) als met Right-Wing Authoritarianism (RWA).

Als je hoog scoort op die Sociale Dominantie Oriëntatie, dan ben je gefascineerd door de gedachte dat de samenleving een statushiërarchie is van groepen en door de innerlijke behoefte om jezelf en je groepsgenoten (het eigen volk) aan de top daarvan te zien. Je bent het dan opvallend veel eens met
uitspraken als:
  • Sommige groepen mensen zijn gewoon inferieur aan andere groepen
  • Het is oké als sommige groepen betere levenskansen hebben dan andere
  • Als bepaalde groepen meer hun plaats kenden, dan hadden we minder problemen
Hier kun je je eigen SDO-score te weten komen.
Met een hoge RWA-score wordt een net iets ander aspect van rechts-extremisme gevangen. Het gaat dan om het onderschrijven en aanhangen van traditionele normen en waarden, het je zelf daaraan onderwerpen en het opleggen ervan aan anderen, als het moet met geweld. Zie The Authoritarians van Bob Altemeyer. Je RWA-score is hoger als je het meer eens bent met uitspraken als:
  • Our country desperately needs a mighty leader who will do what has to be done to destroy the radical new ways and sinfulness that are ruining us.
  • The only way our country can get through the crisis ahead is to get back to our traditional values, put some tough leaders in power, and silence the troublemakers spreading bad ideas.
  • It is always better to trust the judgement of the proper authorities in government and religion than to listen to the noisy rabble-rousers in our society who are trying to create doubt in people's minds.
Hoewel SDO en RWA enigszins met elkaar samenhangen (ik zag een correlatie van .38 voorbijkomen), is er een duidelijk onderscheid. En dat komt aan het licht als je kijkt naar hoe beide met narcisme samenhangen.

De nieuwe studie On Self-Love and Outgroup Hate: Opposite Effects of Narcissism on Prejudice via Social Dominance Orientation and Right-Wing Authoritarianism, die werd uitgevoerd in Engeland, de Verenigde Staten en Polen, laat namelijk zien dat narcisme positief samenhangt met SDO, als je controleert voor RWA, maar zelfs negatief samenhangt met RWA, als je controleert voor SDO.

En dat valt eigenlijk wel te begrijpen. Een narcist ziet zichzelf natuurlijk aan de top van de statushiërarchie. Niemand kan hem (of haar) overtreffen. We zagen al dat zulks geldt voor de eigen groep ("Eigen volk eerst"), maar dat daarachter puur egoïsme schuilgaat ("Ik eerst"). Dat moet wel sterk samengaan met een hoge SDO-score. Anderen moeten zich onderwerpen aan degenen die boven hen staan en ik ben degene die helemaal bovenaan staat.

Maar dat gaat minder goed samen met die RWA-trek. Want die houdt in dat je je behoort te onderwerpen aan de traditionele normen en waarden en aan het gezag dat daaruit voortvloeit. Dat leidt weliswaar tot agressie tegenover anderen die rebelleren, maar houdt ook in dat je jezelf onderwerpt.

En dat laatste, dat is een stap die een narcist nooit zal zetten.

Ik dacht bij die narcist, met dus een hoge SDO-score, aan Geert Wilders. 

En bij die niet-narcist, maar wel met een (behoorlijk) hoge RWA-score, aan Sybrand Buma.

zondag 29 oktober 2017

Zondagochtendmuziek - Richter, Kagan & Gutman play Shostakovich Piano Trio no. 2 - video 1984

Het Vrijdagse lunchpauzeconcert in TivoliVredenburg werd verzorgd door leerlingen van de European Chamber Music Academy. Het Trio Artio speelde het Tweede Pianotrio van Sjostakovitsj en het Helikon Kwartet het eerste Strijkkwartet van Beethoven.

Allebei indrukwekkende uitvoeringen. Sjostakovitsj schreef dat pianotrio in het voorjaar van 1944, nadat in januari van dat jaar de Duitse belegering van Leningrad was beëindigd. En nadat zijn boezemvriend Ivan Sollertinsky, aan wie de muziek is opgedragen, plotseling was overleden.

Het is schrijnende muziek, waar je, als dat fysiek mogelijk was, een half uur ademloos naar zou luisteren. Lees hier de fraaie beschrijving op de Hyperion-website, met frases als:
Shostakovich at his bleakest, savagely ironic, biting discords and obsessive repetition, an image of sustained destructive power, leaving the bleak landscape as empty as when we entered it.
Het contrast tussen de aard van de muziek en de jeugdigheid van de uitvoerenden drong zich op (Judith Fliedl, viool; Christine Roider, cello; Johanna Estermann, piano). Maar met wat een ernst en concentratie en intensiteit werd het gespeeld.

Maar hier is een wel heel Russische uitvoering. Door de grootheden Sviatoslav Richter, Oleg Kagan en Natalia Gutman. In het Poesjkin Museum in het kader van de December Nachten op 12 december van het jaar 1984.

Een paar maanden later zou Michail Gorbatsjov de overleden Konstantin Tsjernenko opvolgen als partijleider.



vrijdag 27 oktober 2017

Crowdfunding succesvoller bij beroep op pro-sociaal gedrag

De meeste mensen hebben een bereidheid om iets goeds te doen voor anderen. Om anderen bij te staan ook als je dat zelf iets kost of inspanning vraagt. Dat pro-sociale of gemeenschapsgedrag is onderdeel van ons gedragsrepertoire doordat mensen daar in het verre verleden gedurende de lange periode van de Paleo Sociale Omgeving op geselecteerd zijn.

In die omgeving, die van groepen jagers-verzamelaars die voor hun overleving sterk waren aangewezen op onderlinge samenwerking en delen van de beschikbare bronnen, werd van dag tot dag een groot beroep gedaan op ieders neiging tot dat soort gedrag. Je groeide erin op, zag het om je heen gebeuren en deed eraan mee als een vanzelfsprekendheid. Uiteraard waren er wel eens strubbelingen, maar die konden meestal collectief worden opgelost.

De sociale omgeving waarin mensen tegenwoordig opgroeien en hun dagen doorbrengen, wijkt daar natuurlijk behoorlijk vanaf. Zo vaak gebeurt het niet dat anderen een beroep doen op onze bereidheid om iets goeds te doen. Er is waarschijnlijk een grotere hulpbereidheid dan in werkelijkheid wordt aangeboord.

Ik moest daaraan denken toen ik de nieuwe studie Go pro bono: Prosocial language as a success factor in crowdfunding onder ogen kreeg.

De onderzoekers analyseerden een groot aantal projecten op het online crowdfunding platform Kickstarter op het percentage pro-sociale woorden dat in de beschrijving gebruikt werd. Update. De onderzoekers geven in een Appendix de gehele lijst van woorden. Enkele voorbeelden: altruistic, charity, civic, co-operative, collective, communal, compassion, donate, egalitarian, equality, fairness, generosity, etc.).

Hoe meer van zulke woorden, die er dus op wijzen dat je een goed doel dient als je deelneemt, hoe meer deelnemers een project wist te werven en hoe groter de kans dat het benodigde bedrag ook werkelijk binnengehaald werd.

Dit werd aangevuld met een experimenteel onderzoekje, waarin proefpersonen konden aangeven of ze een project zouden steunen of niet. Ook toen bleek dat de steun toenam als er meer een beroep werd gedaan op de neiging tot pro-sociaal gedrag.

Het zou best eens kunnen zijn dat we in een maatschappij leven waarin we te weinig worden uitgenodigd om anderen bij te staan en iets goeds te doen voor anderen.

dinsdag 24 oktober 2017

Trump en Hitler

Wat we met de regering Trump van dag tot dag in het nieuws meemaken, blijft verbijsteren. Zo verbijsterend dat vergelijkingen met de persoon Hitler en zijn bewind zich opdringen en niet langer taboe zijn. Zie bijvoorbeeld de uitstekende column van Charles M. Blow een tijdje terug in de New York Times: Trump Isn’t Hitler. But the Lying …

Van Hitler weten we dat liegen een essentieel onderdeel was van zijn politieke propaganda. Het beginsel daarvan was dat de grotere leugens, indien genoeg herhaald, eerder als waarheid geaccepteerd worden dan de kleinere.

De leugens van Trump doen aan dat beginsel denken. Zou Trump dan ook daardoor beïnvloed zijn?

Ja, dat blijkt het geval. Want Blow herinnert aan een publicatie in Vanity Fair uit 1990, waarin Trumps eerste vrouw aan haar advocaat vertelt dat Trump in die tijd de verzamelde toespraken van Hitler naast zijn bed had liggen. (Wat Trump ontkende.)

Ik zocht dat boek (My New Order. A Collection of Speeches by Adolf Hitler) even op en kwam te weten dat het al in 1941 in de Verenigde Staten verscheen. In 2016 werd het nog eens herdrukt en in de toelichting bij die uitgave op Amazon kom je deze passage tegen waarin Trumps toespraken met die van Hitler worden vergeleken:
My New Order has attracted the attention of the press with the rise of Donald Trump as candidate for President of the United States because his first wife Ivana Trump revealed that Donald Trump reads a book of Hitler’s collected speeches, My New Order, which he keeps in a cabinet by his bed. It can be seen that there are clear similarities between the speeches of Trump and the speeches of Hitler. Here are examples: They repeat themselves constantly, saying the same things over and over again. They never admit they have made a mistake nor do they ever take anything back. To any criticism, they respond by insults and name calling. They use a low form of language, with simple sentences even a person with the lowest level of education or with no education at all can understand. Studies have shown that Trump speaks at a 4th grade reading level. Most of the words he uses are only one syllable long. Researchers studying Trumps speaking style and searching for the reason it appeals to such a wide audience have found that most of the words Trump uses are only one syllable long. Almost all of the remaining works Trump uses are only two syllables long. Trump almost never uses a three syllable word except when he has to such as the word California.

zondag 22 oktober 2017

Zondagochtendmuziek - Russlan And Ludmilla (Overture) / Orchestra Of Mariinsky Theatre

Een paar dagen geleden Mijn Russische Geschiedenis. De kunst van het koken in drie generaties vrouwen van Anya von Bremzen uitgelezen. Anaya von Bremzen (Moskou, 1963) emigreerde in 1974 samen met haar moeder naar de Verenigde Staten en brak daar een pianostudie aan de New Yorkse Juilliard School af om vervolgens "een van de meest getalenteerde food writers" (achterflap) te worden.

Dat boek gaat dus vooral over koken. En natuurlijk over de Russische geschiedenis. Mooi boek, nu in de ramsj verkrijgbaar. (Bij de recepten achterin heb ik eerlijk gezegd mijn twijfels). In de winkel van de Amsterdamse Hermitage zag ik gisteren de oorspronkelijke Engelse editie liggen.

Hoewel ze dus aanvankelijk pianiste wilde worden, komt er in het boek nauwelijks muziek voor. Als ik het me goed herinner, komt Sjostakovitsj een keer terloops langs.

Maar daar in de Hermitage, waar nu de Hollandse meesters uit Sint Petersburg zijn te bewonderen, was ik weer in mijn gedachten in Moskou en Sint Petersburg. En vanochtend zit er Russische muziek in mijn hoofd.

Dus we gaan even naar de vader van de Russische muziek, de componist Michail Glinka (1804-1857). Hier is de ouverture tot zijn opera Roeslan en Ljoedmila, waarvan de eerste versie op 9 december 1842 in het Mariinski Theater in Sint Petersburg in première ging.

Nu uitgevoerd door het Orkest van het Mariinksi Theater onder leiding van Valery Gergiev. Lekker tempo.



donderdag 19 oktober 2017

Eindelijk meer horeca, en dus ontmoetingsplekken, in de Utrechtse wijken?

De Utrechtse Internet Courant (DUIC) bericht over het Concept Ontwikkelingskader Horeca Utrecht 2017 dat door Wethouder Jeroen Kreijkamp van Economie en Financiën werd gepresenteerd.

Uiteraard is daarin aandacht voor de concentratie van de horeca in de binnenstad, waardoor daar de leefbaarheid voor bewoners in gevaar komt. Maar de tegenhanger daarvan is dat de wijken vaak alleen maar woonbuurten zijn. En juist daar zouden meer horecagelegenheden de belangrijke sociale functie van ontmoetingsplekken kunnen vervullen.

De gemeente ziet dat probleem en wil er wat aan doen. Dat betekent dat er in het Ontwikkelingskader een "Profiel Wijkhoreca" is toegevoegd. Daarover is te lezen:
Met dit profiel wordt de wijkfunctie versterkt. Utrechters kunnen in hun eigen wijk een hapje eten, in hoekpanden, losstaande panden of panden die grenzen aan andere retailpanden die geen woningen zijn, indien dit past bij de leefbaarheid in de omgeving. Buurtgenoten komen elkaar daar tegen. Dit draagt bij aan de sociale cohesie in de wijk. Voor ouderen kan een kopje koffie in de wijk reden zijn om er even uit te gaan. En een open, naar buiten-gerichte en gastvrije onderneming zorgt voor meer sociale controle en toezicht op straat.
Prima. Want we weten dat processen van schaalvergroting, ruimtelijke concentratie en functiescheiding (wonen - werken - winkelen) woonbuurten hebben gecreëerd zonder ontmoetingsplekken. En dat zou heel goed te maken kunnen hebben met de toename van eenzaamheid. Zie Steeds minder ontmoetingsplekken door schaalvergroting en ruimtelijke concentratie en De onvervulde behoefte aan ontmoetingsplekken en sociale contacten.

Hoe krijgen we meer horeca in de wijken? In dat Ontwikkelingskader lees je daarover:
Uit eten en drinken in de wijk is een trend die de afgelopen jaren sterk in opkomst is en dat ook de komende jaren zal zijn. De sociale functie die een horecagelegenheid in de wijk kan hebben, speelt daarbij een belangrijke rol. De relatie en verbondenheid met de bewoners in de wijk is dan ook van groot belang - het grootste gedeelte van de gasten komen dan ook uit de eigen wijk. Ook kan horeca de leegstand van andere retailpanden (detailhandel, diensten) tegen gaan.
Tegelijk heeft het vestigen van horeca in de wijken vaak veel voeten in de aarde, vooral als het om horeca D1 gaat. Deze horecacategorie biedt onbeperkte openingstijden en dat kan tot hinder leiden. Dit leidt bij de vergunningaanvraag voor nieuwe locaties tot veel discussie en vaak tot verhindering van de komst van een restaurant in de wijk. En dit terwijl er een algemeen besef is dat de nachtelijke openstelling voor restaurants niet of zelden voorkomen.
Anderzijds geldt voor de D2 horecacategorie de winkelsluitingstijd van 22.00. Dit betekent dat de gasten dan ook daadwerkelijk het horecapand moeten hebben verlaten. Vaak biedt dit de ondernemer net te weinig tijd om 's avonds nog een maaltijd te kunnen serveren. Voor de buurtfunctie en een goede bedrijfsvoering is dit wel gewenst.
Om tegemoet te komen aan zowel de bezwaren van wijkbewoners bij nieuwe D1 horecalocaties enerzijds en te vroege sluitingstijden van de daghoreca D2 anderzijds, is een nieuwe categorie D3 toegevoegd waarbij de horecagelegenheid tot 23.00 uur open kan blijven.  
Dat lijkt een prima en concrete stap in de goede richting.

Alleen, je vraagt je af, want zo ingewikkeld is die stap niet, had dit niet veel eerder kunnen worden bedacht?

Want dat voornemen om te zorgen voor meer horeca in de wijken, dat was er ook al in 2012. Toen schreef ik daarover het bericht Meer horeca, en dus ontmoetingsplekken, in de wijken - gemeente Utrecht.

Moest daar nu zo nodig vijf jaar over worden nagedacht?

woensdag 18 oktober 2017

Achter "Eigen volk eerst" gaat "Ik eerst" schuil - De Sociale Dominantie Oriëntatie en egoïsme gaan samen

Mensen met een hoge score op de Sociale Dominantie Oriëntatie (SDO) hebben sterk de neiging om de sociale wereld te zien als een statushiërarchie van groepen. In dat beeld behoren zij zelf tot de groep die bovenaan staat en dus superieur is aan alle anderen. Je SDO is hoger naarmate je het meer eens bent met uitspraken als:
  • Sommige groepen mensen zijn gewoon inferieur aan andere groepen
  • Het is oké als sommige groepen betere levenskansen hebben dan andere
  • Als bepaalde groepen meer hun plaats kenden, dan hadden we minder problemen
Je komt hogere scores op die SDO vooral tegen bij stemmers op rechts-extremistische partijen, zoals in Nederland bij PVV-stemmers. Zie PVV-stemmers willen overheersen - Over Sociale Dominantie, collectief narcisme en rechts-extremisme en Ongelijkheid verhoogt de Sociale Dominantie Oriëntatie en daarmee racisme, seksisme en anti-immigranten- en anti-uitkeringstrekkerssentiment.

De nieuwe studie More for Us or More for Me? Social Dominance as Parochial Egoism stelt de vraag aan de orde hoe je dat superioriteitsgevoel ten opzichte van de eigen groep (zoals "Eigen volk eerst") moet duiden. Gaat de neerbuigendheid en vijandigheid tegenover andere groepen juist samen met meer solidariteit en generositeit ten opzichte van leden van de eigen groep? Als dat zo zou zijn, dan kun je denken dat degenen met een hoge SDO even pro-sociaal zijn als anderen, maar dat bij hen die pro-socialiteit meer geconcentreerd is binnen de eigen groep.

Maar het zou ook kunnen zijn dat die SDO samengaat met een hoge individuele dominantie oriëntatie. Anders gezegd, binnen die eigen groep beschouwt iemand met een hoge SDO zichzelf als superieur aan anderen en is hij niet solidair maar integendeel egoïstisch. Het gaat dan dus om het willen overheersen, over andere groepen en over andere leden van de eigen groep. En het gaat om een algemene vijandigheidstrek, vijandig tegenover andere groepen en tegenover andere leden van de eigen groep.

Voor dat laatste zijn er al wel aanwijzingen. Want we weten al dat een hoge SDO-score samengaat met meer narcisme, Machiavellianisme en zelfverheffing en met minder empathie en altruïsme.

De resultaten van dit nieuwe onderzoek versterken deze aanwijzingen. In drie experimenten konden leden van een meerderheidsgroep (blanken in de V.S., Christenen in de V.S., Joden in Israël) keuzes maken tussen samenwerken met alleen leden van de eigen groep, met de eigen groep en met leden van de minderheidsgroep (zwarten in de V.S, Moslims in de V.S., Arabieren in Israël) en egoïstisch niet-samenwerken. Het ging steeds om keuzes in het kader van een zogenaamd meer-persoonsgevangendilemma. (Volg de link voor uitleg daarover.) Als de keuzes gemaakt waren, werd bij iedereen de SDO-test afgenomen.

Het bleek toen dat degenen met een hogere SDO-score zoals verwacht minder bereid waren om samen te werken met de minderheidsgroep. Dus inderdaad "Eigen volk eerst". Waren ze dan juist meer bereid om met de eigen groep samen te werken? Nee, dat bleek niet het geval. Met betrekking tot de eigen groep waren ze net zo egoïstisch of coöperatief als degenen met een lagere SDO. Update. Anders en misschien duidelijker gezegd: hun weerzin tegen samenwerking met leden van de minderheidsgroep werd niet gecompenseerd door hun grotere bereidheid om met leden van de eigen groep samen te werken.

Conclusie van de onderzoekers:
These findings shed new light on the claim that individuals higher in SDO view the world as a competitive jungle governed by “ruthless, amoral struggle for resources and power in which might is right and winning is everything” (Duckitt, Wagner, du Plessis, & Birum, 2002, p. 92). Specifically, they show that, at the intergroup level, these perceptions fuel ideological support of intergroup hierarchy, while at the intragroup level, they seem to fuel behavioral selfishness. The covariation of these ideological and behavioral tendencies gives rise to the pattern we labeled parochial egoism.

dinsdag 17 oktober 2017

In een democratie kun je de nieuwsvoorziening niet zomaar aan de markt, en dus aan het grote geld, overlaten.

We kunnen er niet om heen: het functioneren van een democratie is sterk afhankelijk van de kwaliteit van de media. Dat blijkt te gelden voor sociale media, nu we steeds meer aanwijzingen krijgen voor Russische inmenging via Facebook in de Amerikaanse verkiezingen ten nadele van Hilary Clinton en ten gunste van Donald Trump.

Maar het geldt ook voor de massamedia, dus voor televisie, radio en kranten. Zie het bericht Door slechte media hebben we slecht geïnformeerde kiezers die slecht geïnformeerde leiders kiezen.

Eerder dit jaar was er ook het onderzoek Bias in Cable News: Persuasion and Polarization, dat een inschatting maakt van de invloed van Fox News Channel op het stemgedrag van de Amerikanen. Fox is, sinds 1996,  het televisienetwerk van de mediamagnaat Rupert Murdoch, die de Republikeinse partij openlijk ondersteunt.

De onderzoekers voerden een inhoudsanalyse uit van de nieuwsprogramma's van Fox (en van CNN en MSBNC) en komen inderdaad tot de conclusie dat het "nieuws" van Fox eenzijdig en partijdig is, dat wil zeggen sterk in het voordeel van de Republikeinse partij en van Donald Trump gebracht wordt.

En dat blijkt het verwachte en door Murdoch gewilde effect te hebben gehad. Het kijken naar Fox heeft in toenemende mate bijgedragen aan het percentage Republikeinse kiezers, van 0.46 procentpunt in 2000 tot 6.34 procentpunt in 2008.

Die invloed zal er zeker ook geweest zijn op de verkiezing van Donald Trump. Denk aan de banden die Trump en Murdoch onderhouden: Donald Trump en Rupert Murdoch: Inside the Billionaire Bromance.

In een democratie kun je de nieuwsvoorziening niet zomaar aan de markt, en dus aan het grote geld, overlaten.
Update. Lees nu ook het verslag van Justin Peters op Slate, die de moeite nam om drie weken lang nonstop naar Fox te kijken: What I Learned From Three Weeks Watching Fox News Nonstop. Een citaat:
Fox News exists to repudiate expertise. The network is forever differentiating between authentic opinion and inauthentic opinion. Authentic opinion is felt, whereas inauthentic opinion is derived. Authentic opinion is a product of lived experience, preferably lived by leathery military men. Inauthentic opinions are expressed by needle-nosed nerds who have read some books.

zondag 15 oktober 2017

Zondagochtendmuziek - Nashville Jam "Worried Man Blues"

De tekst kan ik niet goed volgen, maar de titel sprak me om een of andere reden aan. Update. Even gegoogeld en de tekst gevonden. Hij staat hieronder. De muziek is van niemand minder dan Woody Guthrie!

En ja, zo nu en dan moet ik wat Americana luisteren. Een min of meer geheime liefde.



Worried Man Blues
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
I'm worried now, but I won't be worried long
I went across the river and I laid down to sleep
I went across the river and I laid down to sleep
I went across the river and I laid down to sleep
When I woke up, I had shackles on my feet
Twenty-one links of chain around my leg
Twenty-one links of chain around my leg
Twenty-one links of chain around my leg
And on each link, is initial of my name
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
I'm worried now, but I won't be worried long
I asked that judge, what's gonna be my fine
I asked the judge, tell me, what's gonna be my fine
I asked the judge, tell me, what's gonna be my fine
Twenty one years on the Rocky Mountain Line
Twenty-one years to pay my awful crime
Twenty-one years to pay my awful crime
Twenty-one years to pay my awful crime
Twenty-one years and I still got ninety-nine
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
I'm worried now, but I won't be worried long
If anybody ask you, "Well who made up this song?"
If anybody ask you, "Well who made up this song?"
If anybody ask you, "Well who made up this song?"
Tell 'em t'was me and I done been here and gone
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
It takes a worried man to sing a worried song
I'm worried now, but I won't be worried long
Songwriters: A.P. Carter

vrijdag 13 oktober 2017

Als je hoort dat anderen minder vlees zijn gaan eten, ga je zelf ook minder vlees eten

Mensen zijn sterk sociaal beïnvloedbaar. Dat wil zeggen dat ze sterk geneigd zijn om te doen wat ze anderen zien doen.

Daardoor kan een gedrag dat negatieve gevolgen heeft en dat we dus eigenlijk minder zouden moeten doen, blijven voortbestaan als het nu eenmaal veel voorkomt.

Neem al dat gedrag dat slecht is voor het milieu. Zoals het eten van veel vlees. Vlees is met het toenemen van de welvaart gedurende de vorige eeuw een vast en groot bestanddeel geworden van ons dieet. Maar het is steeds duidelijker geworden dat we daarmee een aanzienlijke bijdrage leveren aan de opwarming van de aarde. Bovendien zijn er gezondheidsredenen om minder vlees te eten.

Toch is de vleesconsumptie nog steeds aanzienlijk. De informatievoorziening over de negatieve effecten van vlees eten is er wel, maar lijkt weinig invloed te hebben. Mensen lijken meer beïnvloed te worden door de zogenaamde descriptieve norm: de informatie over hoeveel anderen vlees eten. Zolang vlees eten zo veel voorkomt, "normaal is", zijn er maar weinig die hun eetgedrag veranderen.

Ook al weten ze dat veel vlees eten eigenlijk niet goed is. In termen van de focus theory of norms van Robert Cialdini en anderen: descriptieve informatie (over wat anderen doen) heeft vaak meer effect dan normatieve informatie (over wat goed is om te doen). Denk in dit verband (omgekeerd) ook aan de aanstekelijkheid van pro-sociaal gedrag, zoals in de berichten De kracht van "wat anderen doen" en Pro-sociaal gedrag is aanstekelijk - Nieuwe aanwijzingen.

Hoe kun je dan in een toestand waarin iedereen doet wat eigenlijk niet zou moeten, mensen toch overhalen om hun gedrag te veranderen? Dat was de vraag die de onderzoekers zich stelden in de studie Dynamic Norms Promote Sustainable Behavior, Even if It Is Counternormative. In een reeks van experimenten gingen ze na of het helpt als je mensen vertelt hoeveel anderen ertoe zijn overgegaan om hun gedrag te veranderen.

Hun redenering was dat mensen die verandering gaan zien als een voorbode van wat in de toekomst normaal zal zijn. En dat ze door het voorbeeld dat anderen geven een minder hoge drempel ervaren om zelf hun gedrag te veranderen.

De uitkomsten van die experimenten komen met deze gedachtegang overeen. Zo is er het experiment waarbij bezoekers van een universiteitscafetaria die in de rij staan voor de lunch kort werden geïnterviewd, zogenaamd over consumentenvoorkeuren. Daarbij kregen ze oftewel te horen dat 30 procent  probeert minder vlees te eten oftewel dat 30 procent in de laatste vijf jaar is begonnen met te proberen minder vlees te eten. (Daarnaast was er nog een controlegroep die iets anders te horen kreeg.)

De onderzoekers konden vervolgens nagaan wat iedereen voor lunch ging gebruiken en in het bijzonder wie een vegetarische lunch nam. De resultaten zie je hieronder.


Degenen die te horen hadden gekregen dat 30 procent was begonnen met minder vlees te gaan eten (rechterstaafje) namen significant meer een vegetarische lunch dan de andere twee groepen.

Dat laat dus zien hoe je kunt ontsnappen uit zo'n toestand waarin iedereen doet wat je eigenlijk niet zou moeten doen. Maak vooral goed bekend hoeveel anderen, als er zulke voorlopers zijn, al hun gedrag hebben veranderd.

donderdag 12 oktober 2017

Alleen in landen met minder sociale zekerheid maakte de Crisis jongeren competitiever en minder universalistisch

We wisten al dat mensen door het ervaren van een economische crisis onzekerder worden en daardoor minder vrijgevig. Zie Economische crises maken mensen onzeker en daardoor minder vrijgevig.

Er is nu nieuw onderzoek dat ons inzicht in dit verband vergroot. Het gaat om de studie Changes in Young Europeans’ Values During the Global Financial Crisis, waarin werd nagegaan wat de uitwerking is geweest van de Grote Financiële Crisis van 2008-2010 op wat Europese jongeren in het leven belangrijk vinden.

Bij wat mensen in het leven belangrijk vinden, gaat het om de tien fundamentele waarden van de sociaal-psycholoog Shalom Schwartz (zie ook het bericht Waardenoverdracht ouders-kinderen is vooral genetisch - meer over de mythe van de opvoedbaarheid).

Hier staan die waarden opgesomd, met in de tweede kolom de bijbehorende doelen. (Volg de link in de vorige zin voor het plaatje waarin hun onderlinge samenhang in een cirkel is afgebeeld.)


De onderzoekers analyseerden de data voor de groep 16- tot 35-jarigen van de zeven tweejaarlijkse rondes (2002 - 2014) van de European Social Survey met representatieve steekproeven van 16 Europese landen. Daarbij waren ze erin geïnteresseerd of het wat zou uitmaken of er in een land een meer of juist minder ontwikkelde verzorgingsstaat is. Ze gebruikten daarvoor de OECD-index voor de omvang van de sociale zekerheidsuitgaven.

Wat me in de resultaten in het bijzonder opviel is dat na de Grote Financiële Crisis in landen met minder sociale zekerheid de jongeren minder universalistisch werden, zeg maar, minder pro-sociaal voor anderen in het algemeen. Terwijl je het tegenovergestelde ziet gebeuren in landen met meer sociale zekerheid.

Dit komt overeen met het gegeven dat onzekerheid mensen minder vrijgevig maakt. Dat ging overigens samen met een toename van de bereidheid om je naasten bij te staan (Benevolence), die juist in landen met meer sociale zekerheid groter was. Dat laatste lijkt te bevestigen dat de verzorgingsstaat en onderlinge hulpverlening samen op gaan.

Dat de jongeren juist in landen met minder sociale zekerheid minder universalistisch werden zou eraan kunnen liggen dat ze meer bedreigingen gingen zien en dat daardoor de waarden van de statuscompetitie (Achievement en Power) in belang toenamen. Want dat laatste was inderdaad het geval en precies alleen in de landen met minder sociale zekerheid.

Zo krijg je een goed inzicht in het belang van de verzorgingsstaat voor het tegengaan van de negatieve effecten van financiële crises. Crises kunnen zich nu eenmaal voordoen en ze hebben negatieve gevolgen voor wat mensen in het leven belangrijk vinden. De verzorgingsstaat is ervoor bedoeld om die gevolgen tegen te gaan en dat blijkt te werken.

dinsdag 10 oktober 2017

De neoliberale overheid neemt je je waardigheid af

Macron wil in Frankrijk voor elkaar krijgen wat in Duitsland en Nederland, met steun en zelfs enthousiasme van de sociaal-democraten, al gelukt is: het neoliberaal "hervormen" van de arbeidsmarkt en de sociale zekerheid, zodanig dat het de pechvogels die op een uitkering zijn aangewezen zo moeilijk mogelijk wordt gemaakt.

De neoliberale overheid is er immers niet meer om volledige werkgelegenheid na te streven. In de plaats daarvan is er de individuele verantwoordelijkheid gekomen voor je eigen employability. Jij moet ervoor zorgen dat je voor een werkgever aantrekkelijk genoeg bent. Jij moet bereid zijn om een rotbaan te accepteren. Als je nog steeds geen werk hebt gevonden, dan heb je je eisen nog niet genoeg naar beneden bijgesteld.

En dus maakt die neoliberale overheid je het leven zuur zolang je nog op een uitkering bent aangewezen. Zolang je "uit de staatsruif eet". Dan vertrouwt die overheid er niet meer op dat jij het recht op bijstand waard bent. En wordt er van jou een tegenprestatie verlangd. Een stap terug naar de tijd van voor 1965, het jaar waarin de Bijstandswet werd ingevoerd. Van genade naar recht, verklaarde de toenmalige minister van Sociale Zaken, Marga Klompé. Nu heeft de politiek vrijwel eendrachtig besloten dat er weer iets terug moet keren van die "genade".

Dat er boosheid doorklinkt in de alinea's hierboven, ja, dat klopt. Het is dezelfde boosheid die door klonk in Zijn we vergeten dat de verzorgingsstaat er vooral ook is om machtsongelijkheid tegen te gaan? en Mensenrechten van bijstandsgerechtigden geschonden?

En het is de boosheid die weer werd opgeroepen door het ontroerende verhaal over de toestand in Duitsland van Anna Mayr op ZeitCampus: Nichtwähler. Hartz IV nimmt dir deine Würde. De journaliste Anna Mayr vertelt daarin hoe ze opgroeide in een gezin dat langdurig op een uitkering (Hartz IV) is aangewezen. En ze vertelt hoe ze zo goed kan begrijpen dat haar ouders tot het grote leger van de niet-stemmers gingen behoren:
Hartz IV garantiert das Allermindeste: eine Wohnung von 89 Quadratmetern für eine Familie mit fünf Kindern. Etwa 250 Euro pro Kind pro Monat, davon sind ungefähr 1,50 Euro für Bildung eingerechnet. Hartz IV garantiert aber eben nicht, dass man dazugehört. Wenn du kein Geld hast, kannst du nämlich abends nicht in Kneipen gehen oder tagsüber ins Café, du kannst deinen Freunden keine Geburtstagsgeschenke machen oder Smalltalk über tolle Urlaubsziele führen. Hartz IV haut dich aus allem raus. Es nimmt dir erst deine Würde, weil du jemanden um Geld bitten musst – den Staat, um ganz genau zu sein: das Jobcenter.
Dann nimmt es dir dein Selbstbewusstsein. Und das führt dazu, dass du keine Chance mehr hast, rauszukommen. Spätestens dann gibst du dich auf. So ist es bei meinen Eltern. Und deshalb gehen meine Eltern nicht wählen. Weil sie sich daran gewöhnt haben, zu schweigen. (....)
Ich sehe es inzwischen so: Je mehr Geld man hat, desto einfacher ist es, sich als Teil dieser Gesellschaft zu fühlen. Wer mehr verdient, hat auch auf dem Wahlzettel mehr Auswahl. Man kann die FDP wählen, wenn man weniger Steuern zahlen will. Oder die CDU, wenn man will, dass alles so bleibt, wie es ist. Oder die Grünen, wenn man zwar viel Geld hat, aber ein schlechtes Gewissen dabei. Oder die AfD, wenn man denkt, die Flüchtlinge sind an allem schuld. Meine Mutter hingegen kann sich auf dem Wahlzettel zwischen den Parteien entscheiden, die Hartz IV eingeführt haben und denen, die es nicht wieder abschaffen wollen. 
Laat die laatste zin even op je inwerken.

maandag 9 oktober 2017

Het gevaar van Donald Trump - Psychiaters waarschuwen

We moeten het onder ogen zien: de democratie kan ook gevaarlijke en psychische gestoorde figuren aan de macht brengen. We hebben dat eerder, in de jaren 30 van de vorige eeuw in Weimar-Duitsland zien gebeuren, toen Adolf Hitler via verkiezingen aan de macht kwam en vervolgens alle democratische organen en instituties buiten werking stelde, omdat ze in de weg stonden van zijn ongebreideld narcisme.

Nu zien we onder onze ogen gebeuren hoe Donald Trump President is geworden van het machtigste land ter wereld. En hoe hij als een gestoorde narcist om zich heen mept, zonder blijk te geven van  enig besef van de grondwettelijke restricties die aan zijn ambt zijn gesteld.

De grote vraag is nu hoe zich dat verder zal ontwikkelen. Zullen de in de Amerikaanse democratie ingebouwde tegenkrachten wel sterk genoeg zijn om deze kwaadaardige egoïst in toom te houden? Je houdt je hart vast.

Dat doen ook de 27 psychiaters en andere deskundigen op het terrein van de geestelijke gezondheidszorg die hebben meegewerkt aan het, opmerkelijk snel uitgebrachte, boek The Dangerous Case of Donald Trump.

Het zijn niet de minsten die er aan hebben meegewerkt. Volg de link en blader door secties van het boek en door de inhoudsopgave.

Dat zo een boek kan verschijnen, stemt tot enig optimisme. Bedenk dat een soortgelijke publicatie over Erdogan in Turkije waarschijnlijk niet het licht zou zien, net zomin als dat in Rusland over Putin zou kunnen. En denk aan de boekenkasten vol met analyses-achteraf van de persoon Adolf Hitler en zijn omgeving, die dus inderdaad te laat verschenen.

Salon had een paar weken terug dit interview met de psycho-historicus Robert J. Lifton, die het boek voorzag van het voorwoord: The dangerous case of Donald Trump: Robert Jay Lifton and Bill Moyers on “A Duty to Warn”. Een citaat:
We have a duty to warn on an individual basis if we are treating someone who may be dangerous to herself or to others — a duty to warn people who are in danger from that person. We feel it’s our duty to warn the country about the danger of this president. If we think we have learned something about Donald Trump and his psychology that is dangerous to the country, yes, we have an obligation to say so. That’s why Judith Herman and I wrote our letter to The New York Times. We argue that Trump’s difficult relationship to reality and his inability to respond in an evenhanded way to a crisis renders him unfit to be president, and we asked our elected representative to take steps to remove him from the presidency.
En:
What we put forward as self-evident and normal may be deeply dangerous and destructive. I came to that idea in my work on the psychology of Nazi doctors — and I’m not equating anybody with Nazi doctors, but it’s the principle that prevails — and also with American psychologists who became architects of CIA torture during the Iraq War era. These are forms of malignant normality. For example, Donald Trump lies repeatedly. We may come to see a president as liar as normal. He also makes bombastic statements about nuclear weapons, for instance, which can then be seen as somehow normal. In other words, his behavior as president, with all those who defend his behavior in the administration, becomes a norm. We have to contest it, because it is malignant normality. For the contributors to this book, this means striving to be witnessing professionals, confronting the malignancy and making it known.

zondag 8 oktober 2017

Zondagochtendmuziek - CLIFFORD CURZON SPIELT DIE LETZTE KLAVIERSONATE VON FRANZ SCHUBERT D 960

Ik luisterde een paar dagen geleden met een half oor naar Podium op Radio 4, toen Hans Haffmans in de rubriek Gouwe Ouwe Clifford Curzon (1907-1982) Schubert liet spelen..

O ja, dacht ik, ik moet weer eens naar Clifford Curzon luisteren. Ik zette mijn koptelefoon op en liet de Impromptus en de Moments Musicaux voorbijkomen. En wist toen weer meteen dat je Schubert niet mooier kunt spelen dan Curzon doet.

En ik vroeg me af of er eigenlijk ook beeldmateriaal van hem is. En ja, natuurlijk is dat er. Hier speelt hij de laatste pianosonate (D960) van Schubert. Mooier en indringender dan die toch ook geweldige uitvoeringen door Paul Lewis en Alfred Brendel.



woensdag 4 oktober 2017

Over Las Vegas. En over hoe de Republikeinen een eind maakten aan het onderzoek naar de effecten van wapenwetgeving

Update. Over het idiote wettelijk verbod dat in de V.S. bestaat op het financieren van onderzoek naar het verband tussen wapenbezit en geweld, w.o zelfmoorden, schrijft nu ook de redactie van The Lancet. Zie Gun deaths and the gun control debate in the USA. De laatste alinea:
The legal restriction on funding gun violence research is one of the most objectionable aspects of the already entirely objectionable gun control debate in the USA. In the wake of Las Vegas, policy makers and gun control advocates should be looking strongly at rescinding the abhorrent and nonsensical legal restrictions that keep the USA ignorant of the true toll of its gun violence.
Nu we weer zijn geconfronteerd met een massale schietpartij (mass shooting), nu in Las Vegas, waar de 64-jarige Stephen Paddock vanuit een hotelsuite erop los schoot in het publiek van een openluchtconcert, dringt zich opnieuw de vraag op wat de sociale wetenschappen te bieden hebben om dit gruwelijke gedrag te verklaren.

Eerder stond ik stil bij wat we menen te weten over de meer algemeen-maatschappelijke achtergronden van massale schietpartijen. Zie
In ongeveer dezelfde lijn is er nu naar aanleiding van Las Vegas de bijdrage van Raj Persaud en Adrian Furnham: Inside the Mind of the Mass Shooter.

Maar een belangrijk deel van de verklaring heeft natuurlijk ook te maken met de beschikbaarheid van wapens. De Verenigde Staten neemt wat dat wapenbezit betreft een unieke en treurige positie in. (Ook al was er in 2013 het bericht dat het wapenbezit leek af te nemen.)

Dat juist in de V.S. massale schietpartijen zo veel voorkomen, zal er mee samenhangen dat wapens zo gemakkelijk te krijgen zijn. Als je landen vergelijkt, dan dringt zich de samenhang tussen wapenbezit en moord- en doodslag met gebruikmaking van een wapen wel heel erg op. Werp maar even een blik op U.S. Gun Policy: Global Comparisons van Jonathan Masters.

En bedenk dat in Australië na invoering van strengere regels voor wapenbezit, met de mogelijkheid om wapens in te leveren (waardoor meer dan een miljoen wapens konden worden vernietigd), het aantal wapengerelateerde moorden met meer dan de helft daalde. En nee, de andersoortige geweldsmisdrijven namen niet toe, maar juist ook af. Zie Too Soon For Gun Control, Trump? As Australians, Our Experience Begs to Differ.

Ik was op zoek naar empirisch onderzoek naar de effecten van wapenwetgeving en kwam eigenlijk alleen bij studies terecht uit begin jaren 90 van de vorige eeuw of nog ouder.

En ik wist niet wat ik daar van moest denken. Tot ik even later dit bericht uit de Washington Post van vandaag voorbij zag komen: Why gun violence research has been shut down for 20 years.

Onderzoek naar de effecten van strengere wapenwetten is in de V.S. rond 1996 tot stilstand gekomen. In dat jaar dreigde het door de Republikeinen gedomineerde Congres, onder druk van de National Rifle Association, de financiering van de Centers for Disease Control and Prevention te beëindigen als ze door zouden gaan met onderzoek naar de effecten van wapencontrole. Tegelijkertijd stopte het Ministerie van Justitie met de financiering van zulk onderzoek. De geldkranen werden afgeknepen.

De Republikeinen hebben niet zoveel met wetenschappelijk onderzoek. Klimaatverandering? Willen we liever niets over weten. Gunstige economische effecten van immigratie? Oren dicht.

dinsdag 3 oktober 2017

Ongelijkheid, bestedingscascades, schulden, de Grote Crisis en verstandige linkse regeringen

Inkomensongelijkheid wakkert de vraag naar positionele goederen aan. Met de aanschaf van een positioneel goed  (of statusgoed) laat je zien welke positie je inneemt in de statushiërarchie. Dat betekent dat statusgoederen schaars zijn en voor de meesten te duur.

De rijkaards aan de top kunnen zich een duur huis op een dure locatie veroorloven. Voor de iets minder rijken wordt daardoor een duur huis op een dure locatie aantrekkelijk om ook aan te schaffen. Ze zullen daar iets minder goed in slagen, maar lokken daardoor wel hetzelfde gedrag uit bij de nog iets minder rijken. En zo gaat dat door tot in de lagere regionen van de inkomenspiramide.

Zulke "bestedingscascades" vormen een mechanisme dat uitlokt tot geld lenen. Zoals in de vorm van hypotheken, studieleningen en consumptief krediet. De banken en andere kredietverschaffers komen daar natuurlijk graag aan tegemoet. Sterker, ze worden erdoor geprikkeld om bij de politiek deregulering van hun sector te bepleiten. Zodat ze meer hun gang kunnen gaan.

Daarmee kom je dus op de gedachte dat de toename van inkomensongelijkheid heeft bijgedragen tot de toename van de private schulden en uiteindelijk tot de kwetsbaarheid van het financiële systeem en het uitbreken van de Grote Financiële Crisis van 2008-2010.

Dat fenomeen van ongelijkheid die uitlokt tot een "positionele competitie" (of statuscompetitie door middel van consumptie) is al langer geleden beschreven door Fred Hirsch (Social Limits to Growth, 1977) en door Robert Frank (Choosing the Right Pond: Human Behavior and the Quest forStatus, 1985).

Het verbaast niet dat hun werk opnieuw in de belangstelling komt te staan. Zo is er nu de studie Taking Credit: Redistribution and Borrowing in an Age of Economic Polarization van John S. Ahlquist en Ben W. Ansell.

Zij analyseren de data van 18 OECD-landen over de periode 1980-2010. En komen na veel rekenwerk tot een duidelijke conclusie. Het samengaan van toegenomen inkomensongelijkheid en het optreden van de Grote Crisis was geen toeval. En de tussenliggende factor was de door die ongelijkheid uitgelokte toename van private schulden.

Maar wat vinden ze ook? Dat geldt niet voor alle landen in gelijke mate. Landen waarin gedurende langere perioden linkse partijen in de regering zaten, bleken in staat om door herverdelingsbeleid (via belastingen en andere regelingen) dit noodlottige mechanisme te voorkomen. In hun woorden:
rising income inequality and the global financial crisis were perhaps the two biggest economic stories of the first decade of the twenty-first century. We argue that their joint emergence was not a coincidence, but neither was it inevitable. In fact, greater levels of borrowing appear closely related to changes in income inequality, but only in those countries where left-wing government is less frequent. We interpret this finding as reflecting long-run, systematic, and partisan differences in redistributive efforts. Redistribution, in turn, dampens the positional consumption incentives produced by stagnant real wages at the middle and bottom of the income distribution, and by rising incomes at the top. Thus, in countries with histories of left-wing government and substantial redistribution, rising inequality failed to produce an associated surge in borrowing. In countries where both left-wing government and redistribution were less prevalent, inequality and credit rose together.
Dat linkse beleid van herverdeling was dus buitengewoon verstandig. Merkwaardig toch dat mensen na de Grote Crisis zo massaal op rechtse partijen zijn gaan stemmen.

maandag 2 oktober 2017

Heeft de, politiek gemotiveerde, toename van bestaansonzekerheid de tegenstellingen aangewakkerd?

Donderdag a.s. geef ik onder de titel Heeft de, politiek gemotiveerde, toename van bestaansonzekerheid de tegenstellingen aangewakkerd? een presentatie op het Jaarcongres van het Trendbureau Overijssel in Deventer.

Zie hier het programma, de locatie en mogelijkheid tot aanmelden: JAARCONGRES 2017.

En bekijk hier de powerpoint.

Samenvatting
Terwijl een gevoel van bestaanszekerheid een fundamentele behoefte is, is de bestaansonzekerheid de laatste decennia toegenomen. Er zijn aanwijzingen voor de negatieve gevolgen daarvan, zowel op het persoonlijke vlak als op het vlak van de maatschappelijke verhoudingen. De oorzaken van deze ontwikkeling zijn voor een flink deel toe te schrijven aan in het verleden gemaakte politieke keuzes. Dat wijst op de wenselijkheid van een politieke herbezinning.
De presentatie is een uitwerking van en vervolg op het Essay De lokale verzorgingsstaat: bestaanszekerheid in het geding, dat als hoofdstuk is opgenomen in het boek dat donderdag gepresenteerd wordt.
Update. Hoofdstuk 3 in: Hans Peter Benschop (red.), Nieuwe tegenstellingen. Wat doen we ermee? Den Haag: Boom bestuurskunde.

zondag 1 oktober 2017

Zondagochtendmuziek - - Torino - Barbara Hannigan soprano-direttore

De sopraan-dirigent Barbara Hannigan reist de wereld rond en maakt furore. Der Spiegel is juichend over haar optreden eergisteren in Hamburg, in de première van La nuova Euridice secondo Rilke van de Italiaanse componist Salvatore Scirarrino: Happy Birthday mit Hannigan. Zie hier haar overvolle agenda voor dit seizoen.

In 2014 was ik onder de indruk van haar optreden in de Zaterdagmatinee in het Concertgebouw:
Muziek voor de zondagochtend - Barbara Hannigan & GSO - Three Mozart Arias

Die combinatie van zingen en dirigeren is verrassend en voor zover ik weet niet eerder geprobeerd. Maar als je het een keer meemaakt, dan ben je meteen overtuigd. 

Althans, dat was ik. Dit filmpje is gewijd aan een optreden in Turijn in 2016. Een van de zure reacties is: "Disgusting". En een ander is van oordeel dat het niet mogelijk is om twee dingen tegelijk goed te doen.

Oordeel zelf.