woensdag 20 december 2017

Democratie, de eurocrisis en het leren van gemaakte fouten

De Grote Financiële Crisis (de kredietcrisis) van 2008-2010 heeft in Europa een langere nasleep gehad dan in de Verenigde Staten. Het herstel had ook in de V.S. sneller gekund, maar in Europa ging het wel heel traag.

Dat was, zoals bekend, het gevolg van de economisch gezien onverstandige manier waarmee op de crisis werd gereageerd. De fixatie op overheidstekorten zette het bezuinigingsbeleid (austeriteit) in werking, in de verwachting dat de economie weer zou aantrekken als al die, toch maar  "consumptieve", overheidsuitgaven snel zouden worden afgeknepen.

In plaats van, anti-cyclisch, overheidsinvesteringen in de tijd naar voren te halen, werden wonderen verwacht van de door het neoliberale bezuinigingsbeleid aangejaagde private investeringen. Maar die bleven uit, ondanks dat ondernemingen er gezien hun reserves toe in staat waren. Ja, als de overheid de vraag afknijpt, waarom dan investeren?

Het volharden in dit beleid en het opleggen ervan aan de perifere eurozonelanden, tegen alle aanwijzingen in dat het niet werkte, had duidelijke kenmerken van sektegedrag. Zie het bericht
Sekte-achtig beleid in de eurozone door een democratische tekort en volg de links daarin.

En dat brengt me op het verband met de werking van de democratie. Want de democratie is niet alleen een institutioneel gebouw van rechten (meningsvrijheid, vrijheid van vergadering, algemeen kiesrecht, scheiding der machten), maar ook een collectief proces van het zoeken van het beste beleid. Het gaat niet alleen om een mechanisme ter bepaling van wie er wel en wie er niet zijn zin krijgt, maar ook om een proces van vooruitgang en verbetering. Dus om een collectief leerproces. Denk even aan Hoe te leren van mislukkingen en halsstarrigheid te vermijden? Neem nu de Europese bezuinigingspolitiek.

Dat laatste maakt het interessant om te volgen hoe zich het beleid in de eurozone ontwikkelt. Want er waren al verschillende aanwijzingen dat de politici het ooit zo omarmde bezuinigingsbeleid bezig waren te verlaten. Zie bijvoorbeeld dit bericht van ruim een jaar geleden: Is er nu echt, eindelijk, dan toch, het einde van het bezuinigingsbeleid in Europa?

Maar eigenlijk zou je willen dat die koerswijziging in de volle openbaarheid plaats heeft en dat verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde beleid en de gemaakte fouten. Dat is immers essentieel als de democratie inderdaad een collectief leerproces is, waaraan uiteraard ook de kiezers behoren deel te nemen.

In dat licht geven de laatste ontwikkelingen te denken. Zo heeft Merkel haar minister van Financiën, Wolfgang Schäuble, die min of meer optrad als de leider van de sekte, op een zijspoor gezet. Van Merkel wordt gezegd dat ze heel intelligent zou zijn. Maar haar individuele leerproces op het economische vlak verloopt langzaam. De jurist Schäuble moet in een interview bij zijn afscheid hebben gezegd dat het juist goed was dat hij weinig van economie wist, want dat maakte dat hij het beleid beter kon uitleggen.

Die "promotie" van Schäuble naar het voorzitterschap van de Duitse Bondsdag lijkt een stap in de Duitse koerswijziging. En die zou zijn beslag kunnen krijgen als er weer een Grote Coalitie komt van de CDU/CSU met de SPD, want die laatste partij heeft bij monde van Martin Schultz uitgesproken dat het in Europa anders moet.

En een andere stap lijkt te zijn dat Merkel er mee heeft ingestemd dat de Portugese minister van Financiën, Mário Centeno, de voorzitter wordt van de Eurogroep, het informele overlegorgaan van de ministers van Financiën van de eurozonelanden. Dus de opvolger wordt van Jeroen Dijsselbloem. Die in eigen land gevierd wordt, maar dat kan onmogelijk aan zijn economische deskundigheid toe worden geschreven.

Die benoeming van Centeno is opvallend, omdat de politieke en economische ontwikkelingen in Portugal het levende bewijs vormen van het succes van een (links) beleid dat juist niet bezuinigt, maar privatiseringen terugdraait, de vraag stimuleert en de pensioenen, het minimumloon en de uitkeringen verhoogt. Met als gevolg dat de private investeringen ineens begonnen te stijgen.

Her en der wordt de benoeming, en het feit dat Duitsland hem "goedkeurt", als een koerswijziging gezien. Lees het bericht Portugal Has Emerged as Europe’s Booming Anti-Germany in Foreign Policy van twee dagen geleden. Dat bericht eindigt met deze drie zinnen: 
To be sure, no one in Germany is apologizing about the straightjackets they insisted Europe’s debtors don. But the important thing isn’t whether Merkel goes on the public record crying “mea culpa.” Taking stock of Portugal’s achievement and easing up on the debtor countries — foremost Greece — would be compensation enough.
Maar vanuit het gezichtspunt van het collectieve leerproces van de democratie zou het nu juist wel belangrijk zijn dat er in het openbaar verantwoording wordt afgelegd over gemaakte fouten. Juist ook de kiezers horen te worden geïnformeerd.

Geen opmerkingen: